Lezing door Paul Meeuws
Dinsdag 16 januari
Locatie: Academisch Genootschap, Parklaan 93, Eindhoven
Ooit, in 1943, gaf de nog net niet vergeten schrijver Simon Vestdijk een serie lezingen over poëzie die hij bundelde onder de titel De glanzende kiemcel. Daarin formuleerde hij niet alleen een antwoord op de moeilijke vraag wat poëzie is, maar behandelde hij ook een aantal kenmerken waaraan een goed gedicht zou moeten voldoen. Volgens Paul Meeuws, zelf dichter, is de zienswijze van Vestdijk nog steeds bruikbaar en zijn de kenmerken ook toepasbaar op de jongste poëzie.
Poëzie lezen vereist aandacht en concentratie. Velen brengen dat in deze jachtige tijd niet meer op. In zijn lezing zal Paul Meeuws aan de hand van Vestdijk zijn toehoorders actief betrekken in het lezen en bespreken van een klein aantal gedichten, van toen en nu, bekend en minder bekend. Alle zullen een ‘glanzende kiemcel’ blijken te zijn, een bouwseltje van taal waarvan vorm en inhoud even belangrijk zijn en waarvan bij herlezing de betekenis almaar toeneemt, oftewel in het hoofd van de lezer ontkiemt. Een tekstje van pakweg veertien regels met de reikwijdte van een roman…